Mijn mooie meisje.
Deze week wordt ze zeven jaar.
Ze is een echte schattenverzamelaar en vult al haar zakken en tassen met Schelpen, Veren, Takjes, Stenen…
Ze kent de schoonheid van de Natuur en dat maakt mij trots.
Glunderend plaagt ze me elke dag dat ze weer gegroeid is.
Én ja wat sta ik versteld van haar groeien hoe snel de tijd gaat.
Zeven jaar geleden stond ik aan de vooravond van haar geboorte
bij de Zee. Ik had die dag boordevol energie gezeten.
Na een passionele vrijpartij had ik die avond nog met mijn grote buik,
op een krakend oud fietsje, een uur door de duinen gefietst.
Én vervolgens ook nog drie kwartier gewandeld op het strand.
Uit het niets had ik ineens stil gestaan en deed ik een ritueel gebed waarin ik de elementen om hun zegen heb gevraagd.
De Zee had geantwoord met haar grootse golvingen.
Die nacht waren de weeën gestart.
Precies op het moment dat André naast me kwam liggen.
Alsof mijn lijf voelde dat het de bescherming vond om zich te openen.
Al mijn krachten heb ik aangeboord in de uren van onze geboortereis.
In het avondlicht werd ze geboren, in bad, helder en sereen.
Ik weet zeker dat ze bij mij waren, de krachten van de elementen én bovenal de zegen van de Zee.
Zeven jaar is een cyclus.
Een nieuwe zeven jaar gaan in.
Deze week ga ik weer naar Zee om haar zegen opnieuw te vragen.
Zomer 2020